Onderzoek dat de Zuidelijke Rekenkamer uitvoerde naar de woningbouwopgave provincie Noord-Brabant maakt duidelijk dat Noord-Brabant behoort tot de provincies met de grootste opgave. Er wordt veel gebouwd, maar dat is nog niet genoeg om de woningbouwdoelen te halen. De realisatie van de afgesproken ambities staat onder druk. Om deze waar te kunnen maken is er ruimte en noodzaak voor
meer provinciale regie (in coördinerende en ondersteunende zin) .

Hoofdpunten
1. Duidelijkheid, stabiliteit en consistentie in doelen en afspraken, en transparantie over uitgangspunten en gevoeligheden in
woningbouwprognoses zijn een 1e verbeterpunt voor de provincie
2. Ook kan ze slagen maken in beter monitoren en rapporteren over voortgang van alle afspraken/ambities, randvoorwaarden, belemmeringen en succesvolle aanpakken woningbouw
3. Voor effectieve aanpak van de belemmeringen is meer consensus tussen betrokken partijen nodig. Er zijn succesvolle lokale innovatieve oplossingen. Het is van belang dat de provincie haar coördinerende en ondersteunende rol op deze punten voortzet en meer sturend maakt. O.a. door oplossingen nog actiever te verspreiden over gehele provincie en waar nodig actiever deel te nemen aan concrete projecten die belangrijk zijn voor realisatie Brabantse opgave
4. Provincie is terughoudend in richting geven aan gemeenten. Urgentie van opgave vraagt nog proactievere opstelling. 2025 is met herijking afspraken en nieuwe wet hét moment en kans voor meer regie en debat

Doel onderzoek: PS inzicht geven in provinciale doelen en afspraken en mogelijkheden en belemmeringen voor provincie om doelen woningbouwopgave te realiseren

Onderzoeksvragen
1. Wat zijn de doelen van de provincie op gebied van de woningbouwopgave? Hoe verhouden deze zich tot gemaakte afspraken en woningbehoefte? Wat is de onderbouwing van de doelen en afspraken?
2. In hoeverre is de provincie op koers de afgesproken kwantitatieve en kwalitatieve doelen te realiseren?
3. Wat zijn de rollen en bevoegdheden van de provincie op gebied van de woningbouwopgave en hoe verhouden deze zich tot die van de belangrijkste andere partijen? Welke instrumenten heeft de provincie en hoe geeft ze invulling aan haar rollen en bevoegdheden met oog op realisatie woningbouwopgave?
4. Wat zijn de belangrijkste belemmeringen voor realisatie woningbouwdoelen en welke zijn door de provincie te beïnvloeden? Welke
afhankelijkheden zijn er van andere betrokken partijen?