Skip to main content

Auteur: NVRR Secretariaat

Brief Minister BZK n.a.v. Evaluatie gemeentelijke en provinciale rekenkamer(commissie)s

In augustus 2011 heb ik u het rapport van de evaluatie van de gemeentelijke en provinciale rekenkamer(commissie)s toegezonden. Bij invoering van de Wet dualisering is toegezegd dat vijfjaar na instelling van de provinciale en gemeentelijke rekenkamers hun functioneren zou worden geëvalueerd. Deze evaluatie is in opdracht van het ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uitgevoerd. In deze brief ga ik eerst kort in op belangrijkste uitkomsten van het evaluatieonderzoek, vervolgens formuleer ik hoe de aanbevelingen zullen worden opgepakt. Tot slot ga ik kort in op de juridische positie van de rekenkamer(commissie)s in gemeenten in provincies en het fenomeen “slapende rekenkamers”.

Haalbaarheid 100% duurzaam inkopen in 2015 bij Randstadprovincies te optimistisch

Haalbaarheid 100% duurzaam inkopen in 2015 bij Randstadprovincies te optimistisch

Amsterdam, 11 april 2012 – Duurzaam inkopen en aanbesteden

Provincies hebben met het Rijk afgesproken om in 2015 100% duurzaam in te kopen. Dat geldt voor 52 productcategorieën, waarvoor Agentschap NL criteria heeft opgesteld. De vier Randstadprovincies bereikten in 2010 reeds zeer hoge percentages volgens de Monitor Duurzaam Inkopen. Deze Monitor betreft echter alleen de grotere inkopen. Een deel van het inkoopvolume uit de afspraken tussen het Rijk en de provincies blijft buiten beschouwing. Overigens streven alle vier provincies aantoonbaar naar duurzaam inkopen, maar borgen zij dit slechts deels in de organisatie en uitvoering. Dit vormt een risico voor de haalbaarheid van 100% duurzaam inkopen in 2015.

Deel van inkoopvolume buiten beeld bij meten van duurzaamheid
De doelstelling van 100% duurzaam inkopen wordt niet eenduidig geïnterpreteerd. De afspraak in de deelnameverklaringen tussen het Rijk en de provincies wekt de suggestie dat in 2015 alle inkoop en aanbestedingen duurzaam zijn. Dit is echter niet het geval, want de eis van ‘duurzaam inkopen’ geldt alleen voor de 52 product-categorieën en in de Monitor Duurzaam Inkopen wordt alleen gerapporteerd over duurzaam inkopen groter dan € 50.000. Hierdoor ontbreekt het inzicht in de mate van duurzaam inkopen over een belangrijk deel van het totale inkoopvolume en kan de landelijke monitor een te positief beeld geven.

Inzicht, controle en monitoring schieten tekort
De provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland streven aantoonbaar naar duurzaam inkopen, maar passen het eigen duurzaam inkoopbeleid niet of niet volledig toe als strikt beleidskader. In de provincies Flevoland en Noord-Holland is de positie en het instrumentarium van de inkoopadviseurs nog onvoldoende om duurzaam inkopen volledig door te voeren en af te dwingen in de organisatie. In de provincie Utrecht worden de kleinere aanbestedingen die vakafdelingen zelf mogen uitvoeren, niet gecontroleerd op duurzaamheidscriteria. En in de provincie Zuid-Holland is niet inzichtelijk in hoeverre duurzaamheideisen worden toegepast bij aanbestedingen waar Bureau Inkoop niet bij betrokken is. De Gedeputeerde Staten van de provincies nemen de aanbevelingen over en werken aan verbeteringen.

Over de Randstedelijke Rekenkamer
De Randstedelijke Rekenkamer doet onafhankelijk onderzoek naar de doelmatigheid (doen ze de dingen goed?), doeltreffendheid (doen ze de goede dingen?) en rechtmatigheid (doen ze het volgens de regels?) van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De missie van de Rekenkamer is het verbeteren van het functioneren van het bestuur van deze provincies en het versterken van de publieke verantwoording.

Het rapport “Duurzaam inkopen en aanbesteden” is vanaf vandaag te vinden op de website www.randstedelijke-rekenkamer.nl.

Flevoland realiseert eigen doel voor duurzaam inkopen

Flevoland realiseert eigen doel voor duurzaam inkopen

Amsterdam, 11 april 2012 – Duurzaam inkopen en aanbesteden

Duurzaamheid is een belangrijk aandachtspunt voor overheden in hun beleid voor inkopen en aanbesteden. Ook bij de provincie Flevoland, die met het Rijk heeft afgesproken om in 2015 100% duurzaam in te kopen. Voor 2010 is een score van 50% als doel gesteld. Dat geldt voor 52 productcategorieën, waarvoor Agentschap NL criteria heeft opgesteld. Met een score van 97% in de Monitor Duurzaam Inkopen 2010 bereikt Flevoland dat ruimschoots. De Rekenkamer constateert dat de inkoopadviseurs geen compleet overzicht hebben van alle inkopen. Dit blijkt uit het rapport ‘Duurzaam inkopen en aanbesteden’ van de Randstedelijke Rekenkamer.

Borging organisatie risico voor doelbereiking 2015
De provincie Flevoland heeft als doel om van minimaal 50% duurzaam inkopen in 2010 te komen tot 100% in 2015. De Rekenkamer constateert dat de organisatie daarvoor (nog) niet voldoende geborgd is. Er is onvoldoende sprake van inzicht, controle en monitoring op het hanteren van de duurzaamheidcriteria voor alle inkoop en aanbestedingen. De inkoopadviseurs hebben alleen een adviesfunctie naar de vakafdelingen en kunnen niet afdwingen dat de duurzaamheidcriteria worden toegepast. Er is ruimte om (beargumenteerd) af te wijken van het streven naar duurzaam inkopen. Duurzaam inkopen is daarmee een streven, maar niet “verplicht”.

Beleid, organisatie en uitvoering
De provincie Flevoland heeft een duidelijk beleid met duidelijke beleidskeuzes en realistische doelen. Standaardprocedures en documenten zijn uitgewerkt. De sterke uitvoering, mede door de gedrevenheid van inkopende medewerkers, maakt dat de provincie de doelen met betrekking tot duurzaam inkopen voor 2010 ruimschoots heeft gerealiseerd: 97% tegen beoogd 50%. De organisatie is naar verhouding echter minder ontwikkeld. Procedures worden door een deel van de organisatie niet toegepast, er is geen organisatiebreed inzicht en interne controle en monitoring schieten nog tekort. De mogelijkheid om beargumenteerd af te wijken van het inkoopbeleid strookt niet met de ambitie van 100% duurzaam inkopen.

Over de Randstedelijke Rekenkamer
De Randstedelijke Rekenkamer doet onafhankelijk onderzoek naar de doelmatigheid (doen ze de dingen goed?), doeltreffendheid (doen ze de goede dingen?) en rechtmatigheid (doen ze het volgens de regels?) van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De missie van de Rekenkamer is het verbeteren van het functioneren van het bestuur van deze provincies en het versterken van de publieke verantwoording.

Het rapport “Duurzaam inkopen en aanbesteden” is vanaf vandaag te vinden op de website www.randstedelijke-rekenkamer.nl.

Noord-Holland realiseert eigen doel voor duurzaam inkopen

Noord-Holland realiseert eigen doel voor duurzaam inkopen

Amsterdam, 11 april 2012 – Duurzaam inkopen en aanbesteden

Duurzaamheid is een belangrijk aandachtspunt voor overheden in hun beleid voor inkopen en aanbesteden. Ook bij de provincie Noord-Holland, die met het Rijk heeft afgesproken om in 2015 100% duurzaam in te kopen. Voor 2010 is een score van 50% als doel gesteld. Dat geldt voor 52 productcategorieën, waarvoor Agentschap NL criteria heeft opgesteld. Met een score van 73% in de Monitor Duurzaam Inkopen 2010 bereikt Noord-Holland dat ruimschoots. De organisatie is echter nog niet voldoende geborgd om het streven naar 100% in 2015 waar te maken. Dit blijkt uit het rapport ‘Duurzaam inkopen en aanbesteden’ van de Randstedelijke Rekenkamer.

Borging organisatie risico voor doelbereiking 2015
De provincie Noord-Holland heeft als doel om van minimaal 50% duurzaam inkopen in 2010 te komen tot 100% in 2015. De Rekenkamer constateert dat de organisatie daarvoor (nog) niet voldoende geborgd is. Er is onvoldoende sprake van controle en monitoring door de afdeling Inkoop op het hanteren van de duurzaamheidcriteria voor alle inkoop en aanbestedingen. De afdeling inkoop heeft alleen een adviesfunctie naar de vakafdelingen en kan niet afdwingen dat de duurzaamheidcriteria worden toegepast. Er is ruimte om (beargumenteerd) af te wijken van het streven naar duurzaam inkopen. Duurzaam inkopen is daarmee een streven, maar niet “verplicht”.

Beleid, organisatie en uitvoering
De provincie Noord-Holland heeft een duidelijk beleid met duidelijke beleidskeuzes en realistische doelen. De organisatie is ingericht op duurzaam inkopen. Sterke punten zijn de degelijke inkoopadministratie, het hanteren van inkoopformats en een projectteam duurzaam inkopen. Duurzaam inkopen leeft bij de afdeling Inkoop en bij meerdere vakafdelingen. Controle en monitoring schieten echter nog tekort. De sterke uitvoering maakt dat de provincie de doelen met betrekking tot duurzaam inkopen voor 2010 ruimschoots heeft gerealiseerd: 73% tegen beoogd 50%. De mogelijkheid om beargumenteerd af te wijken van het inkoopbeleid strookt niet met de ambitie van 100% duurzaam inkopen.

Over de Randstedelijke Rekenkamer
De Randstedelijke Rekenkamer doet onafhankelijk onderzoek naar de doelmatigheid (doen ze de dingen goed?), doeltreffendheid (doen ze de goede dingen?) en rechtmatigheid (doen ze het volgens de regels?) van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De missie van de Rekenkamer is het verbeteren van het functioneren van het bestuur van deze provincies en het versterken van de publieke verantwoording.

Het rapport “Duurzaam inkopen en aanbesteden” is vanaf vandaag te vinden op de website www.randstedelijke-rekenkamer.nl.

Zuid-Holland lijkt eigen doel voor duurzaam inkopen te realiseren

Zuid-Holland lijkt eigen doel voor duurzaam inkopen te realiseren

Amsterdam, 11 april 2012 – Duurzaam inkopen en aanbesteden

Duurzaamheid is een belangrijk aandachtspunt voor overheden in hun beleid voor inkopen en aanbesteden. Ook bij de provincie Zuid-Holland, die met het Rijk heeft afgesproken om in 2015 100% duurzaam in te kopen. Ook voor 2011 is al een score van 100% als doel gesteld. Dat geldt voor 52 productcategorieën, waarvoor Agentschap NL criteria heeft opgesteld. Zuid-Holland bereikt volgens de Monitor Duurzaam Inkopen 2010 een score van 100%. In de praktijk worden de criteria van Agentschap NL echter niet altijd, of niet volledig, in de aanbestedingsdocumenten opgenomen. Dit blijkt uit het rapport ‘Duurzaam inkopen en aanbesteden’ van de Randstedelijke Rekenkamer.

Borging organisatie risico voor doelbereiking
De provincie Zuid-Holland heeft zich ten doel gesteld om in 2011 100% duurzaam in te kopen. Het voeren van een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid is verankerd in het huidige coalitieakkoord. De inkooporganisatie is redelijk goed op orde, maar in het inkoopproces is onvoldoende geborgd dat de minimumeisen daadwerkelijk worden opgenomen. Ook ontbreekt een volledig overzicht van alle inkopen. De provincie werkt aan enkele organisatorische verbeteringen, die ten goede komen aan het resultaat op duurzaam inkopen.

Beleid, organisatie en uitvoering
Zuid-Holland heeft het voeren van een duurzaam inkoop- en aanbestedingsbeleid verankerd in beleidsdocumenten en het coalitieakkoord. Duurzaamheideisen (criteria van Agentschap NL) worden echter niet altijd, of niet volledig, opgenomen in de aanbestedingsdocumenten. De provincie heeft voor de Monitor Duurzaam Inkopen op basis van een steekproef alleen gerapporteerd over de Europese aanbestedingen. Verbetering is in gang gezet. Door de invoering in 2012 van een workflowsystematiek en digitaal contractbeheer zal beter gestuurd kunnen worden op de daadwerkelijke opname van duurzaamheideisen bij inkoop en aanbesteding.

Over de Randstedelijke Rekenkamer
De Randstedelijke Rekenkamer doet onafhankelijk onderzoek naar de doelmatigheid (doen ze de dingen goed?), doeltreffendheid (doen ze de goede dingen?) en rechtmatigheid (doen ze het volgens de regels?) van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De missie van de Rekenkamer is het verbeteren van het functioneren van het bestuur van deze provincies en het versterken van de publieke verantwoording.

Het rapport “Duurzaam inkopen en aanbesteden” is vanaf vandaag te vinden op de website www.randstedelijke-rekenkamer.nl.

Utrecht realiseert eigen doel voor duurzaam inkopen nagenoeg

Utrecht realiseert eigen doel voor duurzaam inkopen nagenoeg

Amsterdam, 11 april 2012 – Duurzaam inkopen en aanbesteden

Duurzaamheid is een belangrijk aandachtspunt voor overheden in hun beleid voor inkopen en aanbesteden. Ook bij de provincie Utrecht, die met het Rijk heeft afgesproken om in 2015 100% duurzaam in te kopen. Ook voor 2010 is al een score van 100% als doel gesteld. Dat geldt voor 52 productcategorieën, waarvoor Agentschap NL criteria heeft opgesteld. Met een score van 99% in de Monitor Duurzaam Inkopen 2010 bereikt Utrecht dat nagenoeg. De Rekenkamer constateert dat de inkoopadviseurs geen compleet overzicht hebben van alle inkopen. Dit blijkt uit het rapport ‘Duurzaam inkopen en aanbesteden’ van de Randstedelijke Rekenkamer.

Borging organisatie risico voor doelbereiking 2015
De provincie Utrecht heeft als doel om al in 2010 een score van 100% duurzaam inkopen te hebben bereikt. Met een score van 99% lijkt de uitvoering goed op orde. De Rekenkamer constateert echter dat de organisatie voor het realiseren van 100% (nog) niet voldoende geborgd is. Er is onvoldoende sprake van controle door de afdeling Inkoop op opname van de duurzaamheidcriteria voor alle inkoop en aanbestedingen. 100% duurzaam inkopen is in Utrecht een resultaatverplichting en de afdeling inkoop heeft een aanjagende rol toebedeeld gekregen voor duurzaam inkopen. Zij controleert echter alleen dat de duurzaamheidcriteria worden toegepast bij de aanbestedingen die zij begeleidt. De kleinere aanbestedingen, die vakafdelingen zelf mogen uitvoeren, worden niet gecontroleerd op duurzaamheidcriteria.

Beleid, organisatie en uitvoering
De provincie Utrecht heeft beleid geformuleerd waarvoor niet in alle gevallen voldoende organisatorische borging is. De organisatie van duurzaam inkopen heeft als sterke punten dat de inkoopfunctie een aanjagende rol is toebedeeld voor duurzaam inkopen en zo een groot deel van de inkopen kan controleren. Deze sterkte geldt echter voor een deel van het inkoopvolume, waardoor de organisatie niet afdoende is om het beleidsdoel te realiseren. Sterk aan de uitvoering is dat monitoring wordt gebruikt voor verbetering en dat alle betrokken medewerkers goed op de hoogte zijn van de verplichting die de provincie is aangegaan.

Over de Randstedelijke Rekenkamer
De Randstedelijke Rekenkamer doet onafhankelijk onderzoek naar de doelmatigheid (doen ze de dingen goed?), doeltreffendheid (doen ze de goede dingen?) en rechtmatigheid (doen ze het volgens de regels?) van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De missie van de Rekenkamer is het verbeteren van het functioneren van het bestuur van deze provincies en het versterken van de publieke verantwoording.

Het rapport “Duurzaam inkopen en aanbesteden” is vanaf vandaag te vinden op de website www.randstedelijke-rekenkamer.nl.

Begrotingsdoelen Flevoland beperkt controleerbaar

Amsterdam, 4 april 2012 – Beoordeling begroting 2012 provincie Flevoland

De provincie Flevoland geeft in de begroting 2012 weinig concreet aan wat de provincie wil bereiken. De doelen zijn nauwelijks specifiek, meetbaar, afgesproken, realistisch en tijdgebonden (SMART) geformuleerd. Gedeputeerde Staten streven naar verbetering, dat als een leerproces in gang gezet is. Doordat de doelen niet SMART zijn geformuleerd, is een controle op de verantwoording over de uiteindelijk bereikte resultaten in 2012 beperkt mogelijk. PS kunnen op basis van de begroting 2012 nog onvoldoende sturen, monitoren en controleren.

Onduidelijk
De begrotingsdoelen zijn uitgewerkt in een inzichtelijke vaste structuur. Maar er bestaat onduidelijkheid over wat precies bereikt moet worden. Zo is bijvoorbeeld bij ‘openbaar vervoer’ als doel vermeld ‘een sluitend, efficiënt en veilig netwerk van busdiensten’. Het klinkt veelbelovend en niemand kan het hiermee oneens zijn. Maar wat betekent ‘sluitend’? Dat elk dorp in de provincie bereikbaar is per bus of dat de trein en diverse buslijnen op elkaar aansluiten? En gaat het bij een ‘veilig netwerk’ bijvoorbeeld om het veiligheidsgevoel op busstations? Om achteraf te kunnen controleren of dit doel op het gebied van openbaar vervoer is bereikt, is het noodzakelijk om vooraf vast te stellen wat ‘een sluitend, efficiënt en veilig netwerk’ is.

Lastig sturen
Naast de conclusie dat de doelen in de begroting onvoldoende SMART zijn, is er in de begroting geen aandacht voor effect- en prestatie-indicatoren. Met betrekking tot het doel ‘integrale gebiedsontwikkeling’ wil de provincie bijvoorbeeld een multiplier effect zien op haar investeren. Er wordt daarbij niet aangegeven hoe groot het beoogde multiplier effect is of op hoeveel projecten een multiplier effect wordt nagestreefd (aantal projecten).
Ook is de samenhang tussen de programmabegroting en de zogenoemde productenraming is onvoldoende inzichtelijk voor PS. PS stellen voor sommige programma’s nauwelijks beleidsmatige kaders. De afweging van GS om doelen in de begroting of alleen in de productenraming op te nemen is vooraf onvoldoende inzichtelijk gemaakt.

Over de Randstedelijke Rekenkamer
De Randstedelijke Rekenkamer doet onafhankelijk onderzoek naar de doelmatigheid (doen ze de dingen goed?), doeltreffendheid (doen ze de goede dingen?) en rechtmatigheid (doen ze het volgens de regels?) van de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht en Zuid-Holland. De missie van de Rekenkamer is het verbeteren van het functioneren van het bestuur van deze provincies en het versterken van de publieke verantwoording.

Het rapport ‘Beoordeling doelstellingen begroting 2012 – Provincie Flevoland’ is vanaf vandaag te vinden op de website www.randstedelijke-rekenkamer.nl

Slecht zicht op kinderen die onverantwoord lang wachten op jeugdzorg

13 maart 2012 – (On)verantwoord wachten op jeugdzorg
Op 1 juli 2011 wachtten bijna 2.974 kinderen langer dan negen weken op de jeugdzorg die voor hen nodig is. Dat langer wachten mag als een Bureau Jeugdzorg vaststelt dat het verantwoord is. Het is echter onduidelijk hoeveel kinderen (on)verantwoord wachten. De rapportages daarover geven te weinig informatie over omvang en ernst van de wachtlijstproblematiek. Het gevolg is dat de politiek onvoldoende geïnformeerd wordt over kinderen die onverantwoord wachten op jeugdzorg. Dit schrijven de Randstedelijke Rekenkamer, de Rekenkamer Amsterdam, de Rekenkamer Den Haag en de Rekenkamer Oost-Nederland in hun gezamenlijke rapport: (On)verantwoord wachten op jeugdzorg.

Achtergrond
Afspraken provincies, stadregio’s en Rijk
De provincies en de stadsregio’s hebben met de voormalig minister voor Jeugd en Gezin afspraken gemaakt over jeugdzorg. Zij zijn overeengekomen dat aan alle kinderen de zorg wordt geboden die nodig is, waarbij:
• aan kinderen bij wie de veiligheid in het geding is en kinderen in crisissituaties direct de geïndiceerde zorg wordt geboden;
• de inzet is dat kinderen binnen negen weken worden geholpen. Langer wachten kan als dat volgens Bureau Jeugdzorg voor de betreffende jongere inhoudelijk verantwoord is.
Jaarlijks rapporteren de provincies (red. en de stadsregio’s) uiterlijk op 1 oktober aan de minister voor Jeugd en Gezin (red. nu: VWS).
Bron: Afsprakenkader over aanpak jeugdzorg 2010-2011, november 2009

Rapportages geven onvolledig beeld
Van de 2.974 kinderen die langer dan negen weken wachtten op jeugdzorg zijn er 1.583 die al een vorm van jeugdzorg ontvingen, maar deze zorg is niet de volledige of juiste zorg in het licht van de door Bureau Jeugdzorg geïndiceerde zorg. Over deze kinderen wordt niet gerapporteerd of het onverantwoord is dat zij zo lang moeten wachten. Het gaat hier bijvoorbeeld om kinderen die lang wachten op opname in een instelling en in afwachting daarvan twee keer in de week een gesprek hebben met een jeugdzorgbegeleider.

Vaststelling onverantwoord wachten zeer beperkt
Van de 2.974 kinderen die langer dan negen weken wachtten op jeugdzorg zijn er 1.391 die nog geen enkele vorm van jeugdzorg ontvingen. Bij zes kinderen is vastgesteld dat zij onverantwoord lang wachtten op jeugdzorg. De overige 1.385 kinderen zouden verantwoord langer dan negen weken wachtten. Dit komt doordat er in de meeste provincies en stadsregio’s vanuit is gegaan dat kinderen alleen onverantwoord wachten wanneer de veiligheid in het geding is of er sprake is van een crisissituatie. In de afspraken met het Rijk is echter een expliciet onderscheid gemaakt tussen deze kinderen die direct zorg nodig hebben en kinderen waarvoor het (om andere redenen) onverantwoord is om langer dan negen weken te wachten.

Aanbevelingen
De rekenkamers doen twee aanbevelingen aan de provincies en het Rijk gezamenlijk. De opvolging van deze aanbevelingen moet er voor zorgen dat (a) er geen groepen kinderen buiten beeld raken en (b) er een beter inzicht komt in de aard en ernst van de problematiek van de kinderen die op de wachtlijst voor jeugdzorg staan.

Voor meer informatie kunt u voor stadsregio Amsterdam contact opnemen met de Rekenkamer Amsterdam
(de heer F. Bongaerts of mevrouw Y. Huizinga, tel: 020-5522897, e-mail info@rekenkamer.amsterdam.nl),
voor de provincies Gelderland en Overijssel met de Rekenkamer Oost-Nederland (de heer C. Bruggink,
tel: 0570-665800, e-mail info@rekenkameroost.nl) en voor de overige provincies en stadsregio’s met de Randstedelijke Rekenkamer (de heer A. Wiggers, tel: 020-5818585, e-mail info@randstedelijke-rekenkamer.nl).